1770: de maandelijks uitgekomen Journeaux des Scavans 1764-1769
1771: een aantal dissertationes varii argumenti praecipue juridicae
1773: verzameling mineralen en gesteenten o.a. NHG 10577, NHG 10570, NHG 10574, NHG 10644, NHG 10767
Amsterdamse noodmunt 1578
een medaille op het verbond met Anjou 1581
vier stux zilver eertijts gangbaar geld waar onder een Spaansch stukje
een Westfriesche daalder Ao 1650
een zoogenaamde Roosjes schelling
een Engelsch oortje
een heele twee halve en een quart Bengaalsche Ropje
een stuk Siams gangbaar geld
vijf stux Moorsch gangbaar geld
diverse penningen, o.a. GM1457, GM1501, GM1021, GM1581, GM1583
eenige grootere en kleine wormen gevonden in den lever en de pens van een rund
1775: enige wormen in liquor
een tak van een esschenboom, zweemende naar een bisschops staf, op deszelfs hofstede gegroeid
een stukje arabische geld, zijnde een Larin
een te Scheveningen gevischte en hem onder de naam van Zee-druif gegeeve hoorn, rondom met kleine schupjes omwassen
1776: twee ova philosophica of glazen klokjes
1777: twee zonderlinge takken van essenhout
een zilveren penning met aan de voorzijde het hoofd van Vespasiaan
een wijnschutterspenning van Utrecht met het wapen van die stad en 1661
1784: penning Henri IV 1598
1784: drie gravures Slag op de Doggersbank door E. Hoogerheyden
1785: gravure van de VOC-medaille geschonken aan admiraal de Suffren
1786: vierde plaat Slag op de Doggersbank
1787: misvormde aspergestruik
1770: Voortgang der Wetenschappen in Nederland zeedert het begin van deeze achttiende eeuw, Hs 3928
1771: Waarom zijns oordeels de vrije konsten en wetenschappen in ons Vaderland niet zodanige vorderingen maken als men zou kunnen verwachten
1773: Kort vertoog van de eerste gevolgen der verkreegen vrijheid in den jare 1572
1774: Zijn vertaling over de eigen aart, den Geest der Academien, Hs 3925
1775: De Jaarmarkten of zoogenaamde kermissen in onze Vaderland
1779: Eenige korte aanmerkingen op den inhoud van het Verbond der Unie enz.
1785: Geschiedkundig bericht rakende Pieter Jansen
1789: Praelecture over zijn reis naar Orleans in 1786
Zoon van Jan Jacobsz Winckelman en Maria Hurgronje. Studeerde rechten in Groningen. Trouwde Vlissingen 1754 Magdalena Johanna Schorer en Vlissingen 1770 Susanna Johanna de Chuy. Hij was een der oprichters van het Zeeuws Genootschap. Legde door onenigheid in de Vlissingse raad in 1771 al zijn bestuurlijke functies neer en verhuisde naar Middelburg. Bewoonde 's zomers de buitenplaats Triton onder Koudekerke. Necrologie in Nieuwe Verhandelingen I. Jurylid prijsvragen 1, 2, 19, 27 en 30 en indiener prijsvraag 34. Zie hiervoor Archief 2002.
Biografisch portaal: 30509700