Voorzijde: Borstbeeld van de prins in Oostenrijks uniform naar rechts, GVILielmus GEORGius FREDericus PRINCeps AVRasiæ COMes NASSaviæ NATvs HAGAE COMitis XV. FEBruarii Anni MDCCLXXIV.
Onderin de signatuur I.P.MENGER F.
Keerzijde: Gedenkteken door de beeldhouwer Antonio Canova gemaakt ter ere van de prins in de Erimitani, kerk van de Augustijnen in Padua. Rechtsboven een schild en zwaard, waarbij een vrouw, die de Pietas voorstelt, zittend naar links treurt. Een pelikaan naast haar als zinnebeeld van de kinderliefde, PARENTVM AMOR PATRIA SPE FRATRIS DESIDERIVM (De lieveling van zijn ouders, de hoop van het vaderland, het voorwerp van zijn broeders rouw).
Prins Frederik was opperbevelhebber van het Oostenrijkse leger in Italië. In Padua stierf hij aan de gevolgen van tyfus door regelmatige bezoeken aan veldhospitalen.
De penning is geslagen in 1837. Aangekocht voor ƒ 7,60.
Beschrijving van Nederlandsche historie-penningen, ten vervolge op het werk van mr. Gerard van Loon dl.10, Amsterdam 1867, nr. 846
A.H.G. Fokker, Catalogus der Penningen en Munten in het kabinet van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, Middelburg 1869, 39 nr. 884
M.G.A. de Man, Catalogus der numismatische verzameling van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, Middelburg 1907, 46