Gevonden in 1647. Vijftien fragmenten.
Inscriptie: DEAE / NEHALENNIAE / FLETTIVS GENNALONIS / PRO SE ET SVIS / V S L M
Zittende Nehalennia met hond, appelmand en twee cupido's die een baldakijn ophouden. Zijkanten Neptunus en Hercules; achterkant draperie.
Extraordinarie antique ontdeckinghe ghevonden aen de zee-strandt te Domburgh in Walcheren in de Graef-schap Laterdal […], Amsterdam 14 januari 1647
H. Danckers, Affbeeldinge vande over Oude Rarieteyten aende strandt ontrent Domburch inden Eylande van Walcheren [….], Den Haag 1647, nr. 2
M.Z. van Boxhorn, Bediedinge van de tot noch toe onbekende Afgodinne Nehalennia, over ettelike honderd jaren onder ’t sant begraven ende onlanghs ontdeckt op het strandt van Walcheren in Zeelandt, Leiden 1647, 6
O. Vredius, Historiae comitum Flandriae libri prodromi duo, Brugge 1650, nr. 11
M. Smallegange, Nieuwe Cronyk van Zeeland, Middelburg 1696, 83 nr. 11
M. Gargon, Walchersche Arkadia, Middelburg 1717, 139
T. Speeleveldt, Brieven over het eiland Walcheren, ’s Gravenhage 1808, 115
L.J.F. Janssen, De Romeinsche beelden en gedenksteenen van Zeeland, Nieuwe Werken, II, 1845, 38-41 nr. 15
A. Hondius-Crone, The temple of Nehalennia at Domburg, Amsterdam 1955, 34 nr. 6
P. Stuart, Nehalennia van Domburg, Geschiedenis van de stenen monumenten, Utrecht 2013, dl. 1, 59-61 nr. 9
K. Heyning en A. Feldbrugge, Steenrijk Domburg. De lotgevallen van de stenen uit de Nehalenniatempel, Middelburg 2023, cat.nr. 10