Voorzijde: Stedenmaagd met de hoorn des overvloeds in de linkerarm en in de rechterhand een olijftak boven het wapen van de stad, MITESCUNT TEMPORA PACE. In de afsnede MDCCXLVIII / MARME.FC.
Keerzijde: Mars, god van de oorlog, fakkel in de linkerhand en zwaard in de rechterhand, de stad ’s-Hertogenbosch naar links bedreigend vanaf zuidelijke richting, MINACIA MARTIS. In de afsnede S•P•Q•S•
Beide spreuken samen vormen: De dreigende tijden van oorlog worden verzacht door de vrede.
G. van Orden, Bijdragen tot de penningkunde (numismatiek) van het Koningrijk der Nederlanden, Zaandam 1830, 102 nr. 23
M.A. Snoeck, Beschrijving van de enkele en dubbele Vroedschap- of Stadhuispenningen der stad ’s Hertogenbosch van 1704 tot 1793, ’s Hertogenbosch 1874, 15 nr. 63
M.G.A. de Man, Catalogus der numismatische verzameling van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, Middelburg 1907, 140