Rekenpenningen (ook wel legpenning of jeton genoemd) zijn penningen die gebruikt werden om berekeningen te maken. Al op school werd aan kinderen geleerd hoe er mee te werken. Op een laken met een horizontale lijnen werden de penningen verschoven zoals de bolletjes op een telraam. Dit was een uiterst snelle, aanschouwelijke en accurate manier om calculaties uit te voeren. De penningen werden geslagen in de munthuizen die ook de munten produceerden. De penningen waren te koop bij maljeniers, de handelaars in ijzerwaren, maar ook in kramen op jaarmarkten.
Door het schuiven versleten de penningen snel. In rekenkamers van overheidsinstellingen en handelshuizen werden ze eens per jaar vervangen. Nieuwe penningen werden daar per pond besteld, terwijl de oude werden omgesmolten. Ongesleten exemplaren zijn zeldzaam. Bij grote bestellingen leverde het munthuis vaak zilveren exemplaren bij als relatiegeschenk. Het Zeeuws Genootschap heeft ook een aantal van deze penningen in de collectie.
Aanvankelijk werd alleen de vorst en zijn wapenschild afgebeeld. Bij gelegenheden zoals huwelijk van de koning werden ook bijzondere penningen geslagen. Later werden ook grote gebeurtenissen als overwinningen of verliezen in oorlogen, natuurrampen e.d. afgebeeld. Gedurende de Tachtigjarige oorlog werden de penningen steeds meer voor propagandistische doeleinden gebruikt. De standpunten van beide partijen werden zinnebeeldend weergegeven.
Van het interieur van de rekenkamer van Zeeland is een ontwerp voor een gebrandschilderd raam uit 1647 van de hand van Cornelis van Barlaer waarop rekenpenningen te zien zijn: ZI-III-0531