Voorzijde: Ruw hoofd naar links, waarvoor een kruis. Parelrand.
Keerzijde: Vier ineengestrengelde bladeren of driehoeken, ofwel twee ineenlopende ellipsen of ringen. In de vier buitenhoeken telkens drie stippen.
Muntplaats Auxerre.
Afgebeeld in de verhandeling van C.A. Rethaan Macaré plaat III nr. 66.