Voorzijde: Driehoek met op elke punt een ringetje. Aan twee zijkanten een lelie, aan een zijkant een ringetje.
Keerzijde: Lang gevoet kruis, parelrand en randtekst doorbrekend. In de kantons twee ringetjes en twee bolletjes. Randtekst L - I - L - A.
M.G.A. de Man, Catalogus der numismatische verzameling van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, Middelburg 1907, 290
H. Vanhoudt, Atlas van de munten van België van de Kelten tot heden, Heverlee 2019, nr. G 2456
V. Gaillard, Recherches sur les monnaies des comtes de Flandre depuis les temps reculés jusqu'à l'avènement de la maison de Bourgogne, Gent 1852-1857, pl. XII nr. 100