Voorzijde: Twee kooplieden wier rechterhand door de makelaar wordt verenigd. Eronder een schildje met 1667, ♖ DE HR HENRY • SOMER • TULLEKEN • OVER • DEKEN.
Keerzijde: Op een geruite grond een kist, waarop een baal en een geopende pot. Rechts een vat waaruit tabaksbladeren steken. In de bovenrand 1730. ROELAND VAN DEN HEUVEL DEKEN IEAN SARRY EN PIETER BARBARET BELEYDERS :
Zonder gildenummer, de rand verguld.
Aangeboden bij de eerste vergadering in 1863 bij de lezing van G.N. de Stoppelaar over het Middelburgse gildewezen.
J. Dirks merkt in zijn catalogus al op dat de penning in het verleden incorrect door Van Orden werd toegekend aan het Kruideniersgilde. In de catalogus van Fokker en in het verslag van bovenstaande vergadering is deze penning daarom ook als zodanig ingedeeld.
Niet vermeld in de catalogus 1907 van M. de Man.
J. Dirks, De Noord-Nederlandsche gildepenningen, dl. 2, Haarlem 1878, 350 onder ¹
J. Dirks, De Noord-Nederlandsche gildepenningen, Atlas van platen, Haarlem 1879, pl. LXV nr. 27
D.A. Wittop Koning, De penningen der Noord-Nederlandse ambachtsgilden, Amsterdam 1978, 24 nr. 7.3
Archief 1863, 13 en 28
A.H.G. Fokker, Catalogus der Penningen en Munten in het kabinet van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, Middelburg 1869, 45 nr. 1020 (als Kruideniersgilde)