Het vijzeltje en de stamper zijn bewerkt en worden gebruikt bij het maken van reukwaren. De stamper is 15 cm lang. Bij de vijzel hoort een potje met deksel (inv.nr. G14-012) en een parfumflesje (inv.nr. G14-011). De voorwerpen zijn afkomstig van Theunis Jacobus Johannes van Uije Pieterse, consul in Constantinopel (Istanbul) en Smyrna (Izmir) in de periode 1888-1921. Ze zijn geschonken door zijn kleindochter Christina van Uije Pieterse.