Op advies van Aernout Vosmaer, opzichter van het Stadhouderlijk Rariteitenkabinet, werd in 1773 een kabinet bij de Haagse kabinetwerker George Beukers besteld om de collectie rariteiten en naturalia in op te bergen. Hiervoor ontving Beukers £ 31.5.0. Een tweede kast werd een jaar later tezamen met een verzameling schelpen geschonken door Adriaan Isaac Hurgronje en Steven Matthijs Snouck Hurgronje. In 1793 bestelde men voor de sterk uitgedijde collectie schelpen nog een kast. Deze werd geleverd door de Vlissingse meubelmaker Cornelis Pireau, die daarvoor £ 27.16.6 ontving. Alle drie de kasten zijn nog in de verzameling aanwezig onder inv.nr. G2136.