Voorzijde: Boog met links daarvan stekelharen, drie horizontale strepen en een platte V-vorm voor de boog. Bovenin de boog een stip.
Keerzijde: Gepareld vierkant, aan de bovenkant een verticale streep. In het midden een ring, daarboven twee T's en eronder twee schuine strepen / \.
Herkomst: Domburg (en/of Dorestad).
W. Op den Velde en C.J.F. Klaassen, Sceattas and Merovingian deniers from Domburg and Westenschouwen, Middelburg 2004, pl. 14, 362
W. Op den Velde en D.M. Metcalf, A Study of the 'Porcupine' Sceattas of Series E, Volume I, Jaarboek voor Munt- en Penningkunde 2009
W. Op den Velde en D.M. Metcalf, A Study of the 'Porcupine' Sceattas of Series E, Volume II, Jaarboek voor Munt- en Penningkunde 2010