Voorzijde: Boog met links daarvan stekelharen. Parelrand voor en achter de boog. Vier horizontale strepen voor de boog.
Keerzijde: Gepareld vierkant, ring in het midden. Daaromheen een T, een haak en twee boogjes. Buiten het vierkant schuine strepen.
Herkomst: Domburg (en/of Dorestad).
W. Op den Velde en C.J.F. Klaassen, Sceattas and Merovingian deniers from Domburg and Westenschouwen, Middelburg 2004, pl. 16, 418
W. Op den Velde en D.M. Metcalf, A Study of the ‘Porcupine' Sceattas of Series E, Volume I, Jaarboek voor Munt- en Penningkunde 2009
W. Op den Velde en D.M. Metcalf, A Study of the ‘Porcupine' Sceattas of Series E, Volume II, Jaarboek voor Munt- en Penningkunde 2010