Voorzijde: Boog met links daarvan stekelharen, een vertikale streep met daarachter drie horizontale strepen voor de boog. In de boog een stip. Aan het eind van de boog een verticale met daarachter een horizontale streep.
Keerzijde: Gepareld vierkant, ring in het midden. Daaromheen bovenin twee T's, onderin drie bolletjes naast elkaar.
Herkomst: Domburg (en/of Dorestad).
W. Op den Velde en C.J.F. Klaassen, Sceattas and Merovingian deniers from Domburg and Westenschouwen, Middelburg 2004, pl. 21, 579
W. Op den Velde en D.M. Metcalf, A Study of the 'Porcupine' Sceattas of Series E, Volume I, Jaarboek voor Munt- en Penningkunde 2009
W. Op den Velde en D.M. Metcalf, A Study of the 'Porcupine' Sceattas of Series E, Volume II, Jaarboek voor Munt- en Penningkunde 2010