Voorzijde: Boog met links daarvan stekelharen, drie horizontale strepen en daaronder twee punten voor de boog.
Keerzijde: Gepareld vierkant, ring in het midden. Daaromheen bovenin twee T's, onderin twee liggende strepen.
Herkomst: Domburg (en/of Dorestad).
Archief 1917, XI nr. 10
W. Op den Velde en C.J.F. Klaassen, Sceattas and Merovingian deniers from Domburg and Westenschouwen, Middelburg 2004, pl. 21, 570
W. Op den Velde en D.M. Metcalf, A Study of the ‘Porcupine' Sceattas of Series E, Volume I, Jaarboek voor Munt- en Penningkunde 2009
W. Op den Velde en D.M. Metcalf, A Study of the ‘Porcupine' Sceattas of Series E, Volume II, Jaarboek voor Munt- en Penningkunde 2010