Voorzijde: Aanziend hoofd met grote ogen en wilde haardos en baard. Aan beide zijden van het hoofd een kruis.
Keerzijde: Gestileerd beest naar links met de poten gevouwen onder het lichaam en uitlopend in klauwen. De kop van het beest is naar achteren gekeerd en lijkt naar de staart te bijten.
Herkomst: Denemarken, mogelijk Ribe.
Gevonden op het strand van Domburg tussen 1875 en 1880.
Afkomstig uit de nalatenschap van mevr. E. Pekelharing uit Beekbergen.
Archief 1917, XI
W. Op den Velde en C.J.F. Klaassen, Sceattas and Merovingian deniers from Domburg and Westenschouwen, Middelburg 2004, pl. 29, 803
C. Feveile, Series X and coin circulation in Ribe. In: T. Abramson (ed.), Studies in Medieval Coinage, Volume I: Two decades of Discovery, Woodbridge 2008, 53-68