Specificaties

• Inventarisnummer
  G3651
• Object omschrijving
  Voedsel
• Verwervingsjaar
  1890
• Verwervingswijze
  Schenking
• Informatie

  Eetbare aarde wordt in sommige delen van de wereld gebruikt om de honger te stillen of, vanwege de erin aanwezige mineralen, als voedselsupplement en als medicijn.
  Al eerder was een ander flesje met eetbare aarde in de collectie opgenomen (3600-BEV-Z-90). De herkomst daarvan is niet bekend.
  In het jaarverslag over 1890 staat nav een lezing van J.C. de Man het volgende:
  'Deze aarde is alleen bekend bij het Maleisische ras, in de bovenlanden van Sumatra en op Java (o.a. te Kediri). Zij wordt meestal gebruikt door jonge mannen en vrouwen; de oorzaak daarvan is onbekend. In de Padangsche bovenlanden vindt men witte, roodbruine, blauwe en grijsroode ampoh, welke doorgaans door pottebakkers tot een koekvorm wordt gegoten. Zij bestaat uit kiezelzure aluinaarde, koolzure kalk, benevens sporen van ijzer en betumen. Het eten er van klimt tot een hartstocht en veroorzaakt bloedarmoede en apathie, constipatie en uitputting. Velen lijden aan chronische proctitis en aan den ingewandsworm, bekend als ankylostomum duodenale.'

• Gerelateerd

  3600-BEV-Z-90
  Archief KZGW, inv.nr. 18 scan 155
  Archief KZGW, inv.nr. 16 scan 54

• Literatuur

  Archief 1885-1893, 112 (jaarverslag)

• Materiaal
  Glas
  Aarde
  
• Afmetingen
  H: 12 cm
• Vindplaats
  Batusangkar, Indonesië
  
• Collectie
  Naturalia
  Volkenkundige voorwerpen
  
• Bruikleennemer
  Zeeuws Museum