Voorzijde: Borstbeeld naar rechts met gepareld diadeem waarvan twee linten afhangen. Sporen van omschrift.
Keerzijde: Twee figuren die een globe vasthouden. Daarboven een hoofd en twee vleugels.
Herkomst: Angelsaksiche koninkrijken.
Afgebeeld bij de tweeded verhandeling van C.A. Rethaan Macaré plaat II nr. 4.
A. De Belfort, Description générale des monnaies mérovingiennes par ordre alphabétique des ateliers dl. IV, Parijs 1894, 132 nr. 5446
Archief 1856, II, 42
W. Op den Velde en C.J.F. Klaassen, Sceattas and Merovingian deniers from Domburg and Westenschouwen, Middelburg 2004, Plate 1, 0
A.H.G. Fokker, Catalogus der Penningen en Munten in het kabinet van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, Middelburg 1869, 66 nr. 593
M.G.A. de Man, Catalogus der numismatische verzameling van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, Middelburg 1907, 250