Dossier: Bezoek koning Willem III aan het Zeeuwsch Genootschap in 1862

Relat: not. 3 octob. 62
                       
Vele dagen reeds vóór de aankomst des Konings te Middelburg was door B & Weth aan het bestuur van het genootschap bij missive van 12 Mei 1862 berigt ingezonden van het voornemen om aan Z.M. voor te stellen bij de bezigtiging van het merkwaardige in de stad, ook het Museum en de daarin berustende verzamelingen te gaan zien op

ZI-II-0686Donderdag 22 Mei.
Er werden dan ook weldra maatregelen genomen om den Koning op eene gepaste wijze te ontvangen.
Door het bestuur van het Natuurkundig Genootschap, wiens eigendom het huis is, werd zorg gedragen voor het schilderen van sommige lokalen, in de kamer, tot de receptie van Z.M. door het Z.G. bestemd, werd een tapijt gelegd, particulieren beijverden zich om meubelen te leenen. De gang werd door den bloemist Blaas met fraaije bloemen versierd, zoo ook de schoorsteen van de receptiekamer.
Aan den voorgevel van het gebouw werden, voor rekening der beide genootschappen, groen en bloemen door den schilder van Ooijen aangebragt.

ZI-IV-0138[1v] Donderdag den 22 Mei begaf het Bestuur, bestaande uit de Heeren Mr M.F. Lantsheer, President,  dr A.A. Fokker & K.R. Pekelharing, leden & F. Nagtglas, Bibliothecaris (zijnde dr H. Polman Kruseman, Secretaris en Z. Snijder thesaurier, door ongesteldheid verhinderd) zich naar de audientie.
Tot den Koning toegelaten hield de Pres eene korte toespraak, houdende o.a. dat het Bestuur het zich tot eene groote eer toerekende de hulde van het Genootschap aan Z.M. zijnen doorluchtigen Protector te mogen brengen; tevens gaf hij te kennen dat het Genootschap het zich als een bijzonder voorregt zou aanrekenen, indien het den Koning mogt behagen de verzamelingen in het Genootschap Museum te komen bezigtigen.
De Koning onderhield zich eenigen tijd met [2] het bestuur, gaf zijne ingenomenheid met dergelijke inrigtingen te kennen. Hij achtte het wenschelijk dat in elke provincie zulk een genootschap bestond; herinnerde zich dat er prijsvragen op historisch gebied werden uitgeschreven en wees daarbij op de verhandeling van ds Swalue over de heldendaden der Zeeuwen.

Ruim één uur vóór de aankomst des Konings in het museum hadden zich aldaar verzameld de leden van het Bestuur van het genootschap en op uitnoodiging van deze ook verscheidene directeuren en leden aan wie het toezigt op de verschillende verzamelingen is opgedragen, die zich naar hunne respective lokalen begaven; de vier hier boven genoemde naar de receptiekamer; de Heeren de Man & Gerlach naar de kamer der [2v] naturalia; de HH de Marrée & van Hennekeler, naar die der vogelen & schelpen; de heer A.H.G. Fokker naar die der munten, terwijl de heer mr J.H. de Stoppelaar zich bij de komst des Konings zich in de Oudheidskamer bevond.

Ten 3 ure verscheen Z.M. begeleid door de eerewacht, die voor de deur geschaard bleef en in gezelschap van den Commissaris des Konings, B & W en verder gevolg.
De Koning werd in het voorhuis ontvangen en daarop geleid in de voorkamer links daartoe in gereedheid gebragt. Hier werd hij door den President verwelkomd, die er o.a. op wees hoezeer het voor het genootschap aangenaam moest zijn Zijn Protector den vierden uit het Huis van Oranje te ontvangen.

G1634G1533Nadat de Koning zijne genegenheid had te kennen gegeven om de kabinetten in oogenschouw te nemen, werden eerst [3] de portretten in de receptiekamer bezigtigd. Vooral trokken hier de portretten van de Ruijter door Bol, Willem III Koning van Gr. Britt. door een onbekende schilder F., Willem V door Bolomay; den Lt generaal de Huijbert, Holbein & vrouw, Joh. De Witt & dat van Hertog Jan van Bourgondiën (Jean sans peur) zijne aandacht.


Inmiddels was aan Z.M. een sierlijk ingebonden catalogus van de oud & zeldzaamheden en van de handschriften aangeboden.

In het kabinet der naturalia wees dr Fokker den Koning op de aldaar aanwezige mineralia & Dr de Man op eenige voortbrengselen van Zeeland, inzonderheid op de smelt. De Heeren, met de zorg voor de kabinetten belast, waren door het Bestuur verzocht, inzonderheid voorwerpen op Zeeland betrekkelijk onder het oog des Konings te [3v] brengen. In de kamer voor oud en zeldzaamheden bestemd, vertoefde Z.M. na het prachtig planetarium te hebben bezigtigd, eenige oogenblikken bij het wiel van de Ruijter en de daar boven hangende schilderij van het verbranden der Engelsche schepen bij Chatham. Voorts wees de voorzitter hem op het emblematisch beeldje van den togt van Willem I door Frankrijk, het vuurslot bij Vlissingen gevonden enz. Met belangstelling verzocht de Koning inlichtingen omtrent eene schilderij, vertoonende het overzeilen van Spaansche galeijen door Zeeuwsche schepen.

In de bibliotheek waren eenige belangrijke werken en vele platen met voorstellingen van Zeeuwsche steden en ge[4]bouwen op de tafels nedergelegd. De werken waren:
C. Barlaeus Res gestae in Brasilia sub praefecture Mauritii, comitis Nassavii Amst. 1647 fol.
een deel van de Collectiones Peregrinationem in Indiam etc. (de Brij et Merian) het deel waarin de Zeeuwsche reizen voorkomen en opengeslagen bij de plaat, vertoonende Veere.
Het oude testament in de Amerikaansche, Indiaansche of Wiltsche taal, zijnde het eenig overgebleven exemplaar.
Davidis Regis Psalterium etc.
Philippe de Clèves
etc
Gebedenboek met miniaturen
Livre des Electeurs etc.
Vooral was het de kaart door [4v] Verheije van Citters vervaardigd, van den alouden toestand van Zeeland, die den aandacht des Konings trok en die dan ook hangende onder de kaart van Zeeland door Magielse & Brand tot de belangrijkste vergelijkingen kon aanleiding geven.

Op de gaanderij werden de aldaar hangende portretten bezigtigd, daarna vertoond dr de Marée de inlandsche vogels en dr van Hennekeler de uitmuntende Flora van Walcheren door hem zelf ten behoeve van het Genootschap verzameld; ook eenige specimina van de prachtige Amboneesche schelpen, in der tijd door den Generaal de Stuers aan het Genootschap geschonken werden onder de aandacht des Konings gebragt.
Door Fokker werd op eenige zeldzame [5] Zeeuwsche penningen gewezen en inzonderheid op de unieke verzameling in het zand van Domburg gevonden.

Na gedurende geruimen tijd zich met de bezigtiging van al die verzamelingen te hebben bezig gehouden, begaf de Koning zich naar de groote voorkamer regts, alwaar het Bestuur van het Natuurkundig genootschap bestaande uit de HH dr van den Broecke, de Ligny & Magielse (dr de Man & dr v Hennekeler waren reeds bij het gezelschap des Konings) door Lantsheer aan Z.M. werd voorgesteld.

Hier werden eenige natuurkundige proeven gedaan & belangrijke instrumenten vertoond. Ook bezigtigde de Koning de verdere localen, o.a. de gehoorzaal alwaar des winters de voorlezingen van beide genootschappen worden gehouden.

Na afloop van dit alles nam de Koning zijn afscheid, onder betuiging zijner tevredenheid en nam de President van het Z.G. nogmaals het woord op om den doorluchtigen [5v] Protecter te bedanken voor de bewezene eer en de belangen van het genootschap hem aan te bevelen. –

Transcriptie J. de la Hayze

Gerelateerd

Portret Michiel de Ruyter

G1634

Portret Jan zonder vrees

G1533

Portret van 'Holbein'

G1601

Portret van 'de vrouw van Holbein'

G1602

Portret Johan de Witt

G1656

Davidis regii psalterium

1110 F 20

Historiae Francorum

1021 B 10

Vuurslot

G1920

Planetarium

G2135a

Druivenplukkersbeker

G2093

Scheepsstrijd op de Zeeuwse stromen

G1669

Gerelateerd

Jan Cornelis de Man

G1614

Leonardus Joannes de Marree

Frederik Nagtglas

ZI-IV-0154-93

Johannes Hermanus de Stoppelaar

ZI-IV-0154-154

Zacharias Snijder

ZI-IV-0154-125

Hendrik Polman Kruseman

ZI-IV-0154-77

Klaas Rutger Pekelharing

Jacobus Cornelis van den Broecke

ZI-IV-0155-29

Anthony Herman Gerard Fokker

Adriaan Abraham Fokker

ZI-III-0368

Andries Magielse

Meinard Frederik Lantsheer

ZI-IV-0153-6

Jean Henri Gerlach

Gijsbert van Hennekeler

Pieter Marinus de Blaecke de Ligny

ZI-IV-0154-84

Gerelateerde dossiers

Journaal van mijn reis door Vrankrijk

Een reisje door Duitsland in 1862

Bericht uit het leger van Napoleon (1)

Bericht uit het leger van Napoleon (2)

Herinnering aan Mr. S. de Wind

Napoleon in Middelburg en Domburg in mei 1810

Wat vermag een vrouw

Beterschap

In dienst van de Garde Impériale

Een reisje naar Axel

Proeven met stinkhout

Brief uit Parijs

Reisje over de Surinamerivier in 1816

Londen in 1790/1791

Semen sabadillies

Vier Romeinse oudheden

Plunderingen in Middelburg in 1787

Kort Verhaal van een geweldig oproer voorgevallen binnen Middelburg in Zeeland van Vrijdag 29 junij

Journaal, gehouden op eene reis van Rotterdam naar Batavia en terug, met het Fregatschip Soerabaya,

Advies betreffende overspel van een predikant rond 1755

Dagboek Maria Johanna Schorer-van de Putte

Strafexpeditie naar de westkust van Guinea 1869

Twee zeldzame voorwerpen

Inzet van Europeanen als arbeiders in Suriname

De invasie van het Mogolse rijk in 1738

Verslag van beschietingen bij Aardenburg van 1 mei 1794 tot 13 januari 1795

Verzuchting van een afgewezen kandidaat

IJsvermaak in Kortgene

Castra Herculis of Witlam?

Zwerftochten langs de Westerschelde

Fietstocht in Zeeland

Kort berigt van het beroemd Eijland Taiowan

Jan Wier als bestrijder van het bijgeloof

Zeeland gekend uit Zijne Munten en Gedenkpenningen

Weeklacht van het stoomjacht Stad Middelburg

Spotdicht op het gezantschap naar Engeland in 1695

Overgave van Middelburg 1944

Een fiets

Goud & tranen