Dossier: In dienst van de Garde Impériale

Brieven van Cornelis Wisse aan zijn ouders in Biggekerke op Walcheren tussen begin mei en 15 juni 1813. De volgorde van de brieven stemt niet overeen met de data in de aanhef. Brief 2 is in tijd de eerste, brief 3 de tweede, brief 4 de derde en brief 1 de laatste die hij naar huis stuurde. Uit de briefkaart van een nazaat die in de twintigste eeuw Courbevoie bezocht, zou men kunnen aflezen dat hij kort hierna is omgekomen.

Carte postale
Adres: Fam. W.T. Calliber, Julianastraat 25, Middelburg, Hollande

Geliefden, Een groet uit de plaats waar Jan Wisse zijn laatsten brief heeft geschreven. Ik vond ’t eigenaardig hier eens heen te gaan. Willem.

Keerzijde: afbeelding met 7253 Courbevoie – La Caserne

Brief 1
Courbevoij Den 15 Junij Anno 1813
zeer geliefde Vader en Moeder en Broeder en Zuster ik en kan niet nalater om UE een letter te schrijven dat ik nog fries en gezond ben door s Heeren goedheid maar nu moet ik vertrekken van Courbevoig na maJans zeggenze dat is en honder uuren van Courbevoig af Ja mijn geliefde ouders wel mer dan de helf van het Regement moeter na toe wij zijn den 12 Junij geklet Ja mijn geliefde ouders gij zoude mij nu niet kon geliefde ouders niet van mijn goedt moete geven als mijn baeiJe en mijn hemtrock en mijn bomzijnen broek vors hebbe ik het mogen houwen en ik hebbe twe par schoenen gekregen en twe hemden twe broeken wij zijn uit gezogt de gezonste Ja al die niet mankerde alle de hollanders moeten me hier mede breke ik hf e ik hope dat gij het [verso] in gezonhied zult ontfangen het gene ik u lieden schrijven ik zoude u lieden wel mer schrijven maar ik hde gene gelegenhied door dien dat wij alles passen mogten maar mijn geliefde ouders gij moet nu niet schrijven voor dat ik schrijven
nu mij geliefde ouders en Broeder en Zusstur en Klaas hllaart en groetmoeder en Ooms en moijen ik wensch U allen een goeden dag Ja ook alle die ik in mijn vorigen brief vermel hebbe en vors zijt gij mijn liefhebbende Vader Jan Cornelisse Wisse en ik u d liefhebbende zoon Cornelis Wisse              Courbevoig den 15 Junij 1813.

Brief 2
[Adres] Aan de Heer mijn Heer L.C. van Sonsbeeck Maire van Bekerke woonende te Middelburg in de vlasmarkt Departement de Bouches de L’Escaut
verder te bezorgen aan Jan Cornelisse Wisse te Bekerke

te petega petegem a deijnse
Zeer waarde en veel Geachte vader en moeder Broeder en zuster ik kan niet na laten om u een letterje te schrijven wij zijn gekoomen zondag middag om twaalf hueren in petegem a deijnse dat is 16 hueren van walgeren en ik laat u weeten als ik nog vris en gezond ben en daar nog geen verdriet in had maar ik laat u weeten als dat gij nog niet tegen zoude schrijven wand wij en hebben nog geen blijvende de stad want wij moeten vier hueren op een dag masseren wij moeten met ons vieren masseren en wij en Aebben op ons de Enigid wij Aobben pAmpieren om op te rijzen naar parijs en wij aebben genen Boret [verso] maar wij Aebben vijftien …vers op een dag wij zijn gekomen den 2 April te Bresjes vandaar nar Ecloo den 3 nar Gent den 4 nar petegem a deijnse
zeer geliefde vriend klas allarts en Jacomijna kerkhoove en u geliefde kinderen ik wens u alle een Goeden Dach Hier mede Breke ik af want ik Aeb gene gelegenheid om meder te schrijven ome dat wij noch ver moeten
nu wens ik mijn ooms en moejen een goeden dag Aier mede Breke ik af
Cornelis Wisse

Brief 3
GAND [adres sterk verbleekt]  … Jan Cornelisse Wisse

Courbevoig bij parijs op Den 11 Meije anno 1813
zeer geliefde vader en moeder en broeder en zusster ik heb uwen brief op den 10 Meije ontvangen en daar uit gezien uwen welstand het welk mij zeer aangenaam was en ik ben door s heeren goedheid ook nog goed gezond die mij en ulie t is God die mij en ulieden de gezondhied geeft die de magt heeft om ons wederom eens zien en saamen den naam des heeren groot maaken en of dit nu nog niet schijnt te zullen zijn ik vertrouwt op hem die alles regeert hij heeft duizenden van middelen en kan uit de grootste duisternissen het ligt doen komen ik houd mij als een jongeling van den heere betaamd en ik bid god dat mij de genade verleene om in zijne wegen te wandelen en hoe ver ik ook van mijn geliefde ouders ver wijdert ben dan zal ik toch altijd gelukkig zijn mijn geliefde ouders ik ben den 1 en 2 en 3 Meije zo verkouwert gewest dat ik her niet wel van gewest ben maar nu ben ik door s heeren goedhied fries en gezond en hope dat [verso] gij het in gezonhied mogt onvangen hetgene ik uEd schrijve geliefde vader en moeder en broeder en zusster ik en hebbe nog genen klederen ik en ben nog gelijk gij mij de laste uure gezien heb als dat ik mijn hajer kwijt ben en ik hebbe nog gene geweer en ik ben van de eerste Compagnie af getrocken in den tweede Compagnie en mijn cammerad in den eersten gebleeven maar wij zijn in een kazerm zodat wij alkanderen nog spreken en alkanderen leren en onder wijzen ook na ons vermogen ons ligginge is zeer wel wij hebbe een deken en twee lakens en wij slapen twee en twee geliefde ouders ik hebbe niet dan romse dat mijn verdriet ik heb her nog Enige die ik verstan kan en voors en bent van alder alderlijge sorte van menscaen en onze andere maas die met ons mede gegan zijn die al nadusland toe getrockken maar het 13 Regiment zo zij zeggen is een wagt regiment voor paris geliefde ouders wij krijgen heten genoeg ik heb alle twee dagen een brood en alle dage soeppe en flees hier mede breke ik hf
geliefde vader en moeder en broeder en zusster ik wench uEd een goeden dag geliefde vader nog een word hoe veel dat gij voor een brief geven moet en ik betale 4 duiten voor een brief en ik hebbe mijn hollans gelt opgewisselt in frans gelt want ik konder niet met doe ik hebbe twee dubbeljs in mij brief gevonden maar ik en weet niet van wie
ik hebbe een geweer gekregen zeg mijn grootmoeder en ooms en Moeijen en ook de scaolemeessten en zijn vrouwe die bij mij gehcat zijn en mijn welbekede nu breke ik af
Garde imperiale 13 regiment tillajeurs
1 Batteljon 2 Compagnie A Courbevoig bij Paris 11 Meije 1813
gij zijt mijn liefhebbende vader Jan Cornelis Wisse en ik u dienstwilligen zoo Cornelis Wisse

Brief 4
Adres: Aan de Heer mijn Heer LC van sonsbeeck Maire van bekerke wonende te middelburg in de vlasmarkt de partement de Bouches de L’Escaut en verder te bezorgen bij Jan Cornelisse Wisse te bekerk

Courbevoig op Den 6 Junij Anno 1813
Zeer Geliefde vader en Moeder en Broeder en Zusster ik hebbe uwen brief op den 29 Mei ontfangen en daar uit gezien uwen welstand het welk mijn zeer angenaam was en ik zijn Door s Heeren goedheid ook nog goedgezond Ja mij geliefde houders zo goed als ik in mijn vaderland hoedt gewes hebbe ik en kan niet merken dat ik vervalen ben ik hebbe ook mijn klederen nog ik zijn nog gelijk gij mijn De laste uure gezien hebt ik hebbe eens te Parijs gewest en Daar heb ik in den kijzers hof gewest en dat lijdt heel sirilijk ik heb her in gezien dri fontijnnen daar water wel dri voeden hoge en ik leggen onderalf uure van Parijs af en de plas dat is een plijn zoo groots Daar ik ben dat is een plijn zoo groedt als het dorpJe van Bekerke en dat zijn romtom met ekzernen en daar moeten wij Leeven wij zijnder met 16 honderman alle gare Conkrijs en daar mogen wij niet uit als zondags namiddags en dan mogen wij keuren waar wij willen de plast welke Courbevoig is zo groed als koudekerke geliefde houders mijn fransch spreeken dat is nog wijnig ik ben zo verre dat ik om mijn nodruft fragen kan daar wor niet gesproken als fransch als onder ons daar zijn nog Enige hollanders daar is nog een getrouden ook uit holland geliefde ouders ik heb al vier stuvers getrocke van dat ik onder diens gewenst ben maar als wij onse klederen verdient hebbe dan zullen [verso] wij mer trekken geliefde ouders nu ben ik beniew of Loures Janse ook nog bescheid krijg van zijn zoon Jan Janse en waar hij legt en zo hij nog bescheid kijgt zo zegt mijn geliefde ouders dat hij de groetenisse van mijn ook wensch ik zijn ouders het zelde en kinderen geliefde ouders en vrinden ik zijn in een land daar ik gene onderschid kansien tussen den Zondag en de werkdagen op het land Ja al wat een mensch doet om zij brood te winnen nu mijne geliefde ouders gegroet van mij uwen geliefden zoon ik hope dat gij het in gezonheid en vele genogen zult ontfangen nu hebbe ik en verzoek waarde en zeer geliefde vader weest zoo goed om de Heer Maire de wel edele Heer mijn Heer van Sonsbeeck uit mijn naam vriendelijk te bedanken voor de gunst welke hij mij bewezen heeft hij heeft mij zeer veel gunst bewezen ik zal gemelde Heer in waarde houden ik twijffel niet of gemelde Heer zal in het vervolg niet alleen voor mij maar ook voor mijnen Broeder willen zorgen wanneer zulks noodig is altans ik houde zijn wel edele in groote waarde ook wensch ik mijn Heer en mevrouw een goeden dag ook mij geliefde vader en Moeder en Broeder en Zusster en Groetmoeder en Ooms en Moejen ook al mij andere vrienden en Jop Wisse en zijn vrouw en ook Houterman en zijn vrouw en de schoolmeester en zijn vrouw die bij mijn zeer geagt zijn voors waarde en zeer geliefde vader en Moeder ik wensch u alle het goede van den Heere en gij zijt mijn liefhebbenden vader Jan Cornelisse Wisse en ik uwen liefhebbenden Zone Cornelis Wisse.

Garde Imperiale 13 Regiment de tirailleurs 1 Batteljon 2 Compagnie Courbevoig Den 6 Junij Anno 1813

À M.M. Les Membres Du Conseille dad… Du 13e Regt. Bataillon … de la garde impériale a paris

Transcriptie J. de la Hayze

Gerelateerd

Journaal van Abraham van de Broecke als garde d'honneur

Hs 6450

Brieven van Cornelis Wisse

Hs 6786M

Verslag over de oorlogshandelingen in Saksen

Hs 4445

Portret van Napoleon

ZI-IV-0127

Eerste brief oorlogshandelingen Saksen

Hs 4444

Gerelateerd

Leonard Cornelis van Sonsbeeck

Gerelateerde dossiers

Journaal van mijn reis door Vrankrijk

Een reisje door Duitsland in 1862

Bericht uit het leger van Napoleon (1)

Bericht uit het leger van Napoleon (2)

Herinnering aan Mr. S. de Wind

Napoleon in Middelburg en Domburg in mei 1810

Wat vermag een vrouw

Beterschap

Een reisje naar Axel

Proeven met stinkhout

Brief uit Parijs

Reisje over de Surinamerivier in 1816

Londen in 1790/1791

Semen sabadillies

Vier Romeinse oudheden

Plunderingen in Middelburg in 1787

Kort Verhaal van een geweldig oproer voorgevallen binnen Middelburg in Zeeland van Vrijdag 29 junij

Journaal, gehouden op eene reis van Rotterdam naar Batavia en terug, met het Fregatschip Soerabaya,

Advies betreffende overspel van een predikant rond 1755

Dagboek Maria Johanna Schorer-van de Putte

Strafexpeditie naar de westkust van Guinea 1869

Twee zeldzame voorwerpen

Inzet van Europeanen als arbeiders in Suriname

De invasie van het Mogolse rijk in 1738

Verslag van beschietingen bij Aardenburg van 1 mei 1794 tot 13 januari 1795

Verzuchting van een afgewezen kandidaat

IJsvermaak in Kortgene

Castra Herculis of Witlam?

Zwerftochten langs de Westerschelde

Fietstocht in Zeeland

Kort berigt van het beroemd Eijland Taiowan

Bezoek koning Willem III aan het Zeeuwsch Genootschap in 1862

Jan Wier als bestrijder van het bijgeloof

Zeeland gekend uit Zijne Munten en Gedenkpenningen

Weeklacht van het stoomjacht Stad Middelburg

Spotdicht op het gezantschap naar Engeland in 1695

Overgave van Middelburg 1944

Een fiets

Goud & tranen